Per 1 januari 2018 treden enkele nieuwe en gewijzigde wetten en regels in werking. Hieronder lichten we een beknopte selectie nader toe. Op SConline is een totaaloverzicht beschikbaar met alle veranderingen per 1 januari 2018.
Kinderopvang
Er worden geharmoniseerde kwaliteitseisen geïntroduceerd voor kinderopvang, buitenschoolse opvang en peuterspeelzalen. Deze beogen:
- Meer aandacht voor de ontwikkeling van kinderen. Zo krijgt ieder kind een mentor.
- Betere ondersteuning van beroepskrachten. Zo gaan specifieke regels gelden voor de inzet van pedagogisch beleidsmedewerkers.
- Personeelsinzet die aansluit bij de behoeften van kinderen in verschillende ontwikkelingsfasen. Zo krijgt de buitenschoolse opvang meer ruimte voor sporttrainers of kunstenaars.
Verder ontvangen ouders per 2018 niet alleen kinderopvangtoeslag wanneer hun kind naar de kinderopvang gaat, maar ook wanneer het naar de peuterspeelzaal gaat.
Loonbetaling
Op het gebied van loonbetaling veranderen ook verschillende aspecten:
- Het wettelijk minimumloon (WML) en het minimumjeugdloon stijgen.
- Het WML wordt ook van toepassing op medewerkers zonder arbeidsovereenkomst, wanneer zij werken op basis van een overeenkomst tegen beloning. Dit geldt overigens niet voor zelfstandigen.
- Betalingen voor overwerk gaan ook meetellen voor de berekening van het vakantiegeld.
Brandveilig gebruik
Op landelijk niveau gaan duidelijke, uniforme regels gelden voor het brandveilig gebruik van plaatsen die worden gebruikt in georganiseerd verband. Hierbij valt te denken aan tenten, tribunes en podia bij openluchtfestivals. De regels vervangen de verschillende gemeentelijke brandbeveiligingsverordeningen, die niet altijd helder zijn. De nieuwe regels zijn niet van toepassing op bouwwerken die vallen onder bestaande regelingen, zoals Woningwet, Bouwbesluit 2012 en Activiteitenbesluit.
Vaste verandermomenten
Voor het in werking treden van wet- en regelgeving hanteert de Rijksoverheid Vaste Verandermomenten (VVM). Voor wetten en algemene maatregelen van bestuur zijn deze vastgesteld op 1 januari en 1 juli. De VVM-systematiek beperkt de nalevingskosten voor bedrijven en instellingen, omdat zij zich op jaarbasis minder vaak hoeven aan te passen aan veranderende regelgeving.
